… reglement

REGLEMENT VAN DE DOOPSGEZINDE GEMEENTE DRACHTEN-URETERP
26 november 2018

PREAMBULE
De Doopsgezinde Gemeente Drachten-Ureterp is een in de doperse traditie gewortelde christelijke geloofsgemeenschap. De leden en belangstellenden van deze gemeenschap weten zich verbonden in hun geloof in God en Jezus Christus als voorbeeld en door de werking van de Heilige Geest. De gemeente stelt zich ten doel het verkondigen van de bijbelse boodschap en het stimuleren van de leden en belangstellenden om als mondige christenen vanuit dit geloof te leven. Die mondigheid uit zich in dienstbaarheid aan de Eeuwige, aan de wereld en aan elkaar.
N.B. Waar in dit reglement gesproken wordt over de gemeente, wordt de Doopsgezinde Gemeente Drachten-Ureterp bedoeld.


GEMEENTE

Artikel 1
Het in de preambule omschreven doel wil de Doopsgezinde Gemeente Drachten-Ureterp bereiken door
*  a.    samenkomsten rondom het Woord en de verkondiging daarvan;
*  b.    individueel en groepspastoraat.

Artikel 2
De kerkenraad stelt elk jaar een beleidsvoornemen op en legt dit ter goedkeuring voor aan de ledenvergadering.

Artikel 3
De gemeente is lid van de Algemene Doopsgezinde Sociëteit (ADS) en de Friese Doopsgezinde Sociëteit (FDS).
Er is een samenwerkingsverband met de doopsgezinde gemeenten Rottevalle-Witveen en Surhuisterveen en de Centrum-Kerken te Drachten.


LEDEN

Artikel 4
Leden van de gemeente zijn zij die
*  a.    op grond van hun persoonlijke belijdenis, bekrachtigd door de doop, zijn toegetreden;
*  b.    met attestatie zijn overgekomen vanuit een andere doopsgezinde gemeente;
*  c.    als belijdend lid van een andere christelijke geloofsgemeenschap, met instemming van de kerkenraad, zijn overgekomen;
*  d.    in een andere christelijke geloofsgemeenschap zijn gedoopt, daar geen belijdenis van het geloof hebben afgelegd en op grond van hun persoonlijke belijdenis, met instemming van de kerkenraad, toetreden.

Artikel 5
Het lidmaatschap van de gemeente eindigt door
*  a.    overlijden;
*  b.    vestiging in het werkgebied van een andere doopsgezinde gemeente; als het lid echter te kennen geeft lid van de gemeente te willen blijven, wordt de attestatie niet verzonden en blijft het lidmaatschap gehandhaafd;
*  c.    het met attestatie overschrijven naar een andere geloofsgemeenschap;
*  d.    een schriftelijke mededeling aan de kerkenraad dat het lidmaatschap wordt beëindigd.

Artikel 6
Ieder lid van de gemeente is stemgerechtigd en in elke functie benoembaar.

Artikel 7
Ieder lid van de gemeente kan aanspraak maken op pastorale zorg van de predikant.

Artikel 8
De leden verplichten zich tot de betaling van een jaarlijkse bijdrage, die wordt vastgesteld in de ledenvergadering. De bijdrage is bestemd voor de gemeente, en omvat tevens de afdracht aan de ADS en de FDS. Als richtlijn voor de berekening van de bijdrage wordt op voorstel van de kerkenraad per jaar een percentage van het netto inkomen vastgesteld. Echtparen of samenwonenden die beiden lid zijn van de gemeente, betalen samen de voor één lid berekende bijdrage, verhoogd met vijftig procent.
Wanneer een lid nalaat de jaarlijkse bijdrage te betalen, wordt namens de kerkenraad een gesprek met het lid gevoerd. Blijft het lid daarna bij zijn of haar weigering, dan kan de kerkenraad het lid vragen zijn of haar lidmaatschap te beëindigen. Is het lid hiertoe niet bereid, dan kunnen door hem of haar geen recht meer worden ontleend aan het lidmaatschap, zoals beschreven in artikel 7. In speciale gevallen kan, in overleg met de penningmeester, hiervan worden afgeweken.
Voor halverwege het kalenderjaar binnenkomende of vertrekkende leden kan een bijdrage voor het komende jaar op basis van evenredigheid worden vastgesteld.


BELANGSTELLENDEN

Artikel 9
Belangstellenden zijn zij die te kennen hebben gegeven betrokken bij de gemeente te willen zijn. Belangstellenden kunnen tevens aanspraak maken op pastorale zorg van de predikant. Voor zoverre van toepassing geldt het in artikel 5 genoemde ook voor belangstellenden.

Artikel 10
Belangstellenden hebben toegang tot de ledenvergaderingen en andere bijeenkomsten van de gemeente. Zij hebben geen stemrecht en zijn niet benoembaar als lid van de kerkenraad. Belangstellenden kunnen gekozen worden in besturen van kringen en groeperingen en benoemd worden in commissies.

Artikel 11
Belangstellenden verplichten zich tot betaling van een jaarlijkse bijdrage, die wordt vastgesteld in de ledenvergadering.


VRIENDEN

Artikel 12
Vrienden zijn zij die geen lid of belangstellende van de gemeente zijn, maar die zich op enigerlei wijze verbonden voelen met de gemeente. Hun eventuele donaties komen ten goede aan de instandhouding van de Vermaning.


LEDENVERGADERING

Artikel 13
De voorjaarsvergadering
De kerkenraad legt jaarlijks voor 1 juni op de voorjaarsvergadering rekening en verantwoording af van het financieel beheer.
De jaarrekening van het afgelopen jaar wordt minstens drie weken voor de vergadering naar alle leden toegezonden.
Op de ledenvergadering wordt de jaarrekening ter definitieve goedkeuring voorgelegd, voorzien van het verslag van de kascommissie.
De najaarsvergadering
De kerkenraad presenteert voor 1 december zijn beleidsvoornemens voor het volgende kalenderjaar.
Tevens wordt de begroting voor het komende jaar ter goedkeuring voorgelegd.
Voorstellen tot wijziging van de begroting kunnen tot twee weken voor de ledenvergadering bij de kerkenraad worden ingediend. Deze voorstellen worden, met het advies van de kerkenraad, ten minste één week voor de vergadering schriftelijk aan de leden medegedeeld.
Ook wordt de bijdrageregeling voor leden en belangstellenden vastgesteld.

Artikel 14
De goedkeuring van de ledenvergadering is vereist bij:
*  a.    het vaststellen en het wijzigen van de beleidsvoornemens conform artikel 2;
*  b.    aankoop, verkoop en bezwaren van onroerende goederen;
*  c.    belangrijke bouw-, verbouw- of onderhoudsplannen;
*  d.    de vaststelling van de jaarrekening en de begroting;
*  e.    een uitgave van meer dan € 7.000,- die niet in de begroting is opgenomen;
*  f.    verkiezing van kerkenraadsleden;
*  g.    benoeming van een beroepingscommissie;
*  h.    het vaststellen van de aanvullingen op de beroepsbrief en het beroepen van een predikant;
*  i.    het benoemen van leden van de kascommissie en de financiële adviescommissie;
*  j.    jaarlijks in de najaarsvergadering het vaststellen van de bijdrageregeling van leden en belangstellenden;
*  k.    het verlenen van ontheffing van een artikel van dit reglement en bij reglementswijziging.

Artikel 15
In de gevallen waarin de ledenvergadering een besluit dient te nemen nodigt de kerkenraad drie weken van tevoren de leden schriftelijk voor de vergadering uit. In de uitnodiging worden de punten waarover een besluit moet worden genomen nader omschreven.

Artikel 16
Besluiten worden genomen met een meerderheid van tweederde deel van het aantal uitgebrachte stemmen. Blanco en ongeldige stemmen worden niet meegeteld bij de bepaling van het totaal van de uitgebrachte stemmen.
Over personen wordt altijd schriftelijk gestemd.


KRINGEN EN GROEPERINGEN

Artikel 17
Onder kringen en groeperingen vallen alle groepen die hun samenkomsten hebben binnen het verband van de Doopsgezinde Gemeente Drachten-Ureterp.

Artikel 18
De kringen en groeperingen bepalen hun doelstelling en organisatievorm, in overleg met de kerkenraad.

Artikel 19
Elke kring en groepering presenteert zich in de almanak en legt in de voorjaarsledenvergadering verantwoording af van het afgelopen kalenderjaar.

Artikel 20
Indien er sprake is van het beheren van financiën, legt elke kring of groepering eenmaal per jaar in een financieel jaarverslag aan de kerkenraad verantwoording af over de inkomsten en uitgaven.

Artikel 21
Bij oprichting of opheffing is overleg met de kerkenraad nodig.
Bij opheffing vloeit een eventueel batig saldo in de kas van de gemeente. Een eventueel nadelig saldo komt ten laste van de leden van de kring of groepering.


KERKENRAAD

Artikel 22
Beleidsontwikkeling en bestuur van de gemeente is toevertrouwd aan de kerkenraad. De kerkenraad geeft leiding aan het gemeenteleven, treedt stimulerend, delegerend en zo nodig regelend op.

Artikel 23
De kerkenraad bestaat uit minimaal drie, maximaal zeven leden.

Artikel 24
*  a.    De kerkenraadsleden worden gekozen uit en door de leden van de gemeente.
De verkiezing vindt plaats op een ledenvergadering.
De kerkenraad stelt voor elke vacature een kandidaat voor. Deze kandidaatstelling wordt ten minste drie weken voor de ledenvergadering schriftelijk aan de leden meegedeeld.
*  b.    Daarnaast hebben iedere vijf leden het recht voor elke vacature een tegenkandidaat voor te dragen. Deze kandidaatstelling moet uiterlijk twee weken voor de ledenvergadering schriftelijk en voorzien van de getekende instemming van de kandidaat aan de kerkenraad worden toegezonden. Deze kandidaatstelling wordt door de kerkenraad tenminste één week voor de ledenvergadering schriftelijk aan de leden meegedeeld.

Artikel 25
De verkiezing van de kerkenraadsleden vindt plaats bij tweederde meerderheid van het aantal uitgebrachte stemmen.

Artikel 26
De voorzitter, penningmeester en secretaris – het Dagelijks Bestuur – worden in functie gekozen door de ledenvergadering.

Artikel 27
Het Dagelijks Bestuur vertegenwoordigt de gemeente in en buiten rechte.
Bij ontstentenis kan vertegenwoordiging plaatsvinden door een ander kerkenraadslid.

Artikel 28
Ieder kerkenraadslid heeft vier jaar zitting in de kerkenraad. Zij of hij is aansluitend eenmaal herkiesbaar.
De aftreding geschiedt volgens rooster. Een aftredend kerkenraadslid legt dan haar of zijn functie neer.
Een gekozen kerkenraadslid wordt tijdens een dienst, volgend op de ledenvergadering, bevestigd.
Het kerkenraadslidmaatschap eindigt
*  a.    door uittreding als lid van de Doopsgezinde Gemeente Drachten-Ureterp;
*  b.    door tussentijds aftreden;
*  c.    bij het verlies van het vrije beheer over zijn of haar vermogen;
*  d.    door het aanvaarden van een bestuursfunctie in een andere geloofsgemeenschap.

Artikel 29
Indien een kerkenraadslid voor het einde van de zittingsperiode aftreedt, wordt zo spoedig mogelijk in de vacature voorzien.

Artikel 30
De kerkenraad benoemt uit zijn midden een vicevoorzitter.

Artikel 31
De kerkenraad zorgt voor het beschikbaar zijn van een actueel reglement van de gemeente.

Artikel 32
De voorzitter:
*  a.    verzorgt de algehele coördinatie en ondersteuning:
*  b.    is aanspreekpunt voor de predikant;
*  c.    vertegenwoordigt de gemeente naar de doopsgezinde broederschap en ‘naar buiten’;
*  d.    leidt de vergaderingen van de kerkenraad en de algemene ledenvergaderingen.
Bij zijn of haar afwezigheid neemt de vicevoorzitter de taken over.

Artikel 33
De voorzitter en de penningmeester hebben de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het personeelsbeleid.

Artikel 34
De secretaris:
*  a.    voert de correspondentie namens de kerkenraad;
*  b.    verzendt de uitnodiging en de agenda voor de kerkenraadsvergaderingen;
*  c.    zorgt voor de voorbereiding en de uitnodiging, agenda en bijbehorende stukken van vergaderingen van de gemeente;
*  d.    maakt het jaarverslag van de kerkenraad.

Artikel 35
De vergaderingen van de kerkenraad worden ten minste eenmaal per maand gehouden, eventueel met uitzondering van een zomermaand.
De vergaderingen zijn geldig wanneer de helft van de kerkenraadsleden plus één aanwezig is.
Besluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen. Over personen wordt schriftelijk, over zaken mondeling gestemd. Bij staking van stemmen wordt het voorstel beschouwd te zijn verworpen.

Artikel 36
De kerkenraad is verantwoordelijk voor de volledige instandhouding van het archief en het verzorgen van de ledenadministratie.

Artikel 37
De kerkenraad is verantwoordelijk voor het maken van notulen van iedere kerkenraads- en ledenvergadering.


FINANCIËN

Artikel 38
De inkomsten van de gemeente worden verkregen door:
*  a.    bijdragen van leden en belangstellenden;
*  b.    verhuur van onroerende goederen;
*  c.    rente van uitstaande gelden of effecten;
*  d.    collecten tijdens kerkdiensten;
*  e.    giften, legaten en overige bijdragen.

Artikel 39
Jaarlijks houdt de kerkenraad een speciale kerkenraadsvergadering ter voorbereiding van de behandeling van de financiële zaken op de voorjaarsledenvergadering. Op deze vergadering worden de jaarrekening, de lijst van activa, de begroting en de inventarislijst door de penningmeester voorgelegd aan de kerkenraad.

Artikel 40
De kerkenraad dient uitgaven die de begroting overschrijden, maar niet zodanig dat zij onder artikel 14.e vallen, op de voorjaarsledenvergadering afzonderlijk te verantwoorden.
De penningmeester heeft machtiging van de kerkenraad nodig om betalingen te doen die de begroting overschrijden.


COMMISSIES en WERKGROEPEN

Artikel 41
Commissies
De kerkenraad kan commissies benoemen voor het verrichten van specifieke taken. Commissies kunnen zowel voor een bepaalde als voor een onbepaalde periode worden ingesteld. Ze functioneren onder verantwoordelijkheid van de kerkenraad en hebben geen zelfstandige beschikking over een budget.
Commissies rapporteren minstens tweemaal per jaar aan de kerkenraad.

Artikel 42
Werkgroepen
Werkgroepen zijn groepen van mensen met een bepaald doel of een bepaalde opdracht die zij gezamenlijk resultaatgericht trachten uit te voeren.

Artikel 43
Kascommissie
De kascommissie controleert de financiële administratie van de penningmeester en rapporteert aan de ledenvergadering.
De kascommissie bestaat uit twee leden en een reservelid, die door de ledenvergadering worden benoemd. Ieder jaar treedt één lid af. Elk lid heeft maximaal twee jaar zitting in de commissie.

Artikel 44
Financiële commissie
Voor het beleggen van gelden en het veranderen van de wijze van beleggen wint de penningmeester advies in van de financiële commissie. Deze commissie bestaat uit drie leden, door de ledenvergadering benoemd.
Zij heeft als taak de penningmeester gevraagd of ongevraagd te adviseren.
De penningmeester legt een voorstel voor aan de kerkenraad, die de beslissing neemt.


BEROEPING van een PREDIKANT

Artikel 45
1.  1.    Tot predikant van de Doopsgezinde Gemeente Drachten-Ureterp worden bij voorkeur beroepen diegenen die door de ADS tot proponent zijn aangesteld.
2.  2.    De ledenvergadering kan met meerderheid van stemmen op voorstel van de kerkenraad beslissen dat wordt afgeweken van het voorgaande lid.
3.  3.    Binnen twee maanden, nadat is vast komen te staan dat de betrekking van predikant vacant gaat komen, belegt de kerkenraad een ledenvergadering. Op deze vergadering worden leden en belangstellenden uitgenodigd hun mening te geven over:
*  a.    de vraag of de vacature vervuld moet worden en, zo ja, voor welk percentage en/of voor een bepaalde of onbepaalde tijd;
*  b.    de opleiding, taken en competenties van de te beroepen predikant.

BEROEPINGSCOMMISSIE

Artikel 46
Als de ledenvergadering van oordeel is dat de vacature moet worden vervuld, wordt – op voordracht van de kerkenraad – een beroepingscommissie benoemd die bestaat uit drie gemeenteleden, die geen kerkenraadslid zijn, en twee door de kerkenraad uit zijn midden aan te wijzen leden.
De stemming over de drie personen uit de gemeente vindt schriftelijk plaats.

WERKZAAMHEDEN van de BEROEPINGSCOMMISSIE

Artikel 47
1.  1.    De beroepingscommissie kiest uit haar midden een voorzitter en een secretaris. Ze neemt besluiten op basis van een meerderheid van stemmen.
2.  2.    De beroepingscommissie aanvaardt haar werkzaamheden na benoeming zo spoedig mogelijk, waarbij zij zoveel mogelijk rekening houdt met de door leden en belangstellenden ter vergadering gegeven meningen als bedoeld in artikel 45.3, en nadat zij kennis heeft genomen van de daarvoor geldende richtlijnen van de ADS.
3.  3.    De beroepingscommissie stelt ter aanvulling op de beroepsbrief (zie artikel 49) een taakomschrijving op. Dit ontwerp wordt ter vaststelling voorgelegd aan de ledenvergadering en ter goedkeuring gestuurd naar de ADS-commissie BPGOR (Commissie ter Begeleiding van Gemeenten en Predikanten in hun onderlinge relatie).
4.  4.    De beroepingscommissie kan, indien zij dit wenselijk acht, een advertentie plaatsen in daartoe geëigende media.
5.  5.    De beroepingscommissie stelt een onderzoek in naar het werk en de persoon van de kandidaat. Zij doet dit middels de STAR-methode (STAR staat voor Situatie, Taak, Actie, Resultaat). Zij woont ook een door hem of haar geleide kerkdienst bij. De commissie brengt verslag van haar bevindingen uit aan de kerkenraadsvergadering.
6.  6.    De beroepingscommissie is niet bevoegd met de te beroepen predikant overeenkomsten aan te gaan of toezeggingen te doen die de gemeente in enige vorm tegenover de predikant binden of kunnen binden.
7.  7.    Wanneer de beroepingscommissie niet handelt overeenkomstig de haar verstrekte instructies, belegt de kerkenraad een ledenvergadering. Op deze vergadering beslissen leden bij meerderheid van stemmen over het al dan niet ontbinden van de beroepingscommissie.
8.  8.    Als de beroepingscommissie wordt ontbonden, volgt de kerkenraad opnieuw de procedure als bedoeld in artikel 46. De werkzaamheden van en de voorwaarden voor de nieuwe commissie zijn conform de leden 1 t/m. 7 van dit artikel.

BEROEPING van de KANDIDAAT-PREDIKANT

Artikel 48
1.  1.    De beroepingscommissie informeert de kerkenraad over de kandidaat-predikant naar wie de voorkeur van de commissie uitgaat en die te kennen heeft gegeven een eventueel beroep door de gemeente te willen aanvaarden.
2.  2.    De kandidaat-predikant wordt door de kerkenraad uitgenodigd om een dienst of viering van de gemeente te leiden. De gemeenteleden krijgen hierover twee weken van tevoren bericht. Na afloop van de dienst worden de leden en belangstellenden in de gelegenheid gesteld om nader kennis te maken met de kandidaat-predikant.
3.  3.    Aansluitend aan de kennismaking vindt, in afwezigheid van de kandidaat-predikant, een ledenvergadering plaats, waarbij de leden stemmen – schriftelijk – over het al dan niet beroepen van de kandidaat-predikant. Voor het uitbrengen van een beroep is een tweederde meerderheid van het aantal uitgebrachte stemmen nodig.
4.  4.    De voorzitter van de kerkenraad maakt onmiddellijk na de stemming de uitkomst van de stemming bekend aan de kandidaat-predikant.
5.  5.    Als de ledenvergadering niet akkoord gaat met de beroeping, treedt de beroepingscommissie af en worden de procedures, zoals beschreven in de artikelen 46 en 47, opnieuw doorlopen.
6.  6.    De beroepen predikant krijgt in eerste instantie een tijdelijk contract, conform de Nederlandse wetgeving.

BEROEPSBRIEF

Artikel 49
De kerkenraad regelt in de beroepsbrief van de te beroepen predikant in samenspraak en overleg met hem of haar onder meer de vaststelling van:
*  a.    het salaris overeenkomstig de richtlijnen van de ADS;
*  b.    de overige vergoedingen en financiële tegemoetkomingen;
*  c.    de arbeidsvoorwaarden;
*  d.    de wijze waarop, in voorkomende gevallen, geschillen tussen predikant en gemeente worden geregeld.

Artikel 50
De verhouding tussen kerkenraad, predikant en gemeente, alsmede de rechten en verplichtingen worden in de beroepsbrief van de ADS, en de daarbij behorende taakovereenkomst, geregeld. Aan de ADS kan advies worden gevraagd.
Voor veranderingen van de taken van de predikant, zoals beschreven in de taakovereenkomst, is goedkeuring van zowel de ledenvergadering als de predikant vereist.

PREDIKANT

Artikel 51
De predikant is lid van een doopsgezinde gemeente en kan deelnemen aan de vergaderingen van de kerkenraad. Hij of zij heeft daarin een adviserende stem.

Artikel 52
De predikant verricht zijn of haar werkzaamheden in overleg met de kerkenraad.

Artikel 53
Ontslag van de predikant kan alleen geschieden in overeenstemming met wat daarover is bepaald in de beroepsbrief.


ONTBINDING van de GEMEENTE

Artikel 54
De gemeente wordt ontbonden:
*  a.    door het geheel ontbreken van leden;
*  b.    door een besluit van de ledenvergadering.
Een besluit tot ontbinding kan door de ledenvergadering worden genomen met een meerderheid van tenminste tweederde van de uitgebrachte stemmen, vertegenwoordigende meer dan de helft van het aantal leden. Wanneer in een ledenvergadering waarin het voorstel tot ontbinding aan de orde is, niet meer dan de helft van het aantal leden aanwezig is, zal drie weken later een tweede vergadering worden bijeengeroepen. Ongeacht het aantal aanwezige leden zal dan besluitvorming plaatsvinden op basis van een meerderheid van tenminste tweederde van de uitgebrachte stemmen.
Indien de gemeente op het tijdstip van ontbinding geen baten meer heeft, houdt zij op dat tijdstip op te bestaan.
Het proces van ontbinding zal plaatsvinden onder notarieel toezicht.

Artikel 55
De gemeente blijft na haar ontbinding voortbestaan, voor zover dit voor vereffening van haar vermogen nodig is. In stukken en aankondigingen die van de gemeente uitgaan, moet aan de naam ‘in liquidatie’ worden toegevoegd.
De vereffening geschiedt door de kerkenraad.
Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van dit reglement van kracht.

Artikel 56
Een eventueel batig saldo van de ontbonden gemeente wordt ondergebracht bij de FDS of bij ontstentenis daarvan bij de ADS.
Na afloop van de vereffening gaan de boeken, bescheiden en andere gegevensdrager van de ontbonden gemeente naar Tresoar.


SLOTBEPALINGEN

Artikel 57
Ontheffing of wijziging van een artikel van dit reglement is alleen mogelijk met toestemming van de ledenvergadering. Voorstellen daartoe moeten tenminste twee weken voor de ledenvergadering aan de leden worden toegezonden.

Artikel 58
Alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, worden geregeld door de kerkenraad.
De kerkenraad kan tevens, indien het dit noodzakelijk acht, de ledenvergadering vragen af te wijken van artikelen in dit reglement. Daarvoor is wel een tweederde van stemmen, van de aanwezige leden, nodig.

Artikel 59
De kerkenraad dient het reglement actueel te houden.

Artikel 60
Dit reglement treedt direct na vaststelling in werking en daarmee vervalt het reglement, zoals vastgesteld d.d. 18 april 2006 en de wijzigingen van 25 oktober 2010.

Aldus vastgesteld tijdens de ledenvergadering van 26 november 2018.

De kerkenraad
[…]


N.B.
1. Het artikel betreffende de Stichting Beheer & Exploitatie (wijziging 25 oktober 2010) is niet meer opgenomen in dit reglement omdat deze Stichting inmiddels een ‘slapende stichting’ is.
2. Artikel 22 van dit reglement rept van het aantal kerkenraadsleden van maximaal zeven. Op het moment van vaststelling van dit reglement bestond de kerkenraad uit acht leden.